Onlangs op een radiomarkt een hele partij pencil-tubes gekocht, voor weinig. Ze komen voor een groot deel uit de vliegtuig-electronica-industrie en kunnen op duizelingwekkende hoogtes gebruikt worden. Ook de G-kracht op de buisjes mag heel groot zijn, zonder dat ze een drukpak aan hoeven..
Voor het gebruik op aarde had ik een rechtuit-ontvanger in mijn gedachten. Het schema heb ik ooit ergens gezien en wist niet meer hoe het precies in elkaar zat. Ik had het principe nog wel in mijn hoofd. Na enige experimenten is het gelukt de ontvanger in elkaar te zetten.
Het resultaat is, voor een middengolf-rechtuit-ontvanger, zeer tevredenstellend. Ik heb twee exemplaren gemaakt, één met de pencil-buisjes en één met normale buizen, zoals E88CC, EF80, ECC81 en EL84.
Hoe langer de antenne, hoe
meer geluid en des te meer zenders. De spoel van de resonantiekring,, in mijn
geval een oude ferrietstaaf uit een Philips-radio, kan zo vervangen worden
door een andere spoel. Op zowel lange golf als korte golf werkt het ding.
Hierbij een paar fotootjes van de radio ( hij moet nog ingebouwd worden) en
het schema met een korte beschrijving van de werking.
Hier zijn de vijf buisjes te zien met de terugkoppelpotmeter.
Het zelfde tafreel, maar nu van de andere kant.
Bovenaanzicht. De gele stekkerbussen zijn voor de antenne en aarde, de afgestemde kring en de uitgangstrafo.
De onderzijde is voornamelijk bestukt met kleine componenten.
De prachtige Pencil-tubes.
Ze schijnen ook heel veel G-krachten te kunnen verduren...
En hierboven het schema, een aanrader om na te bouwen.
Een globale beschrijving van de werking.
V1A is een HF-versterker,
die zijn signaal doorgeeft via 10 pF aan de ingangskring ( L1 en 500pF) van
kathodevolger V2. Met de potmeter van 4k7 wordt het signaal via V1B in fase
teruggevoerd naar V2. Met de potmeter is de mate van terugkoppeling op een
vrij vloeiende wijze te regelen. Het HF-signaal van V2 wordt verder door V3
versterkt en met D1 wordt de LF-component gedetecteerd. Met de negatieve gelijkspanning
die over 1M en 100pF ontstaat kan eventueel ook het negatief van de volgende
buis, V4, geregeld worden, om zo een AVR te verkrijgen. De kathodeweerstand
(2k2) en condensator(100pF) van V3 kunnen ook worden vervangen door een parallelkring
met een resonantie-frequentie van 9 kHz. Hierdoor kunnen eventuele piepjes
van naburige stations weggefilterd worden. Ik heb het geprobeerd, maar het
deed nauwelijks wat. V4 en V5 vormen een LF-versterker. De luidspreker is
4 ohm en de trafo is de aanpassingstrafo van een 100Volt omroep-installatie.
Hiermee kun je redelijk wat eindbuizen mee aanpassen, omdat er primair een
aantal aftakkingen op zitten. De juiste keuze van luidspreker-impedantie en
aftakking van de trafo zorgen voor een optimale energie-overdracht van de
eindbuis.
De voedingsspanning van 120 Volt komt van 220-naar-110 Volts-trafo met een
paar aftakkingen meer. De pencil-buisjes mogen max. ca. 150 Volt hebben.
Het is ook de moeite waard eens wat andere afgestemde kringen te proberen.
Een afgestemde kring in het stuurroostercircuit van V1A, produceerde bij mij
een niet te onderdrukken oscilleren, dus maar gauw weer de 100k ingezet. Een
HF-smoorspoel kan ook, geeft echter geen verbetering.Door de triode met een penthode te vervangen is een hoop ellende opgelost, maar dan moet er een buis bijkomen.
.
.
.