De zender BC191. Het gehele frequentiebereik loopt van 200 tot 800 kc en van 1500 tot 12500 kc. De bereiken zijn in negen stukken opgedeeld. Elk bereik heeft zijn eigen afstem-eenheid, de TuningUnit. De zender kan worden gemoduleerd in CW, MCW en RT in amplitude-modulatie. Afhankelijk van de toepassing is er een uitvoering met 12V-dynamotor, een met een 28 V.-dynamotor. Verder bestaat er ook een 110-220-Voeding. De output varieert, afhankelijk van modulatie en frequentie tussen 40 en 75 Watts. Er kunnen antennes worden aangepast voor bodem-, voertuig- en vliegtuig-gebruik. De anodespanning bedraagt ca. 1000 V. Het meeste vermogen wordt opgestookt in grote aantallen weerstanden die als spanningsdelers dienst doen.
Zo ziet hij er uit.
Hier het kostbare binnenwerk, vier stuks VT4-C en een VT25.
Een zestal TU's, er ontbreken er nog twee, de derde is ingebouwd in de BC191.
Hier het apparaat in volle glorie. Als het zend/ontvangrelais werkt, en dat is zelden, funktioneert het apparaat redelijk. De output bedraagt ca. 60 Watts in CW.
De dummyload of Phantom-antenne A-58, ook voor dit vermogen degelijk uitgevoerd.
Voedingskabels en verbinder naar de BC312. Voorts nog wat gronddraadjes, voor als je hem op de grond wilt gebruiken.
De Dynamotor, dit is een 12 Volt exemplaar, er is een stevige accu nodig om het ding op toeren te brengen.
Hieronder een verzameling foto's van het apparaat en vooral van ALLE tuning-units.
Het vooraanzicht van een waarschijnlijk maagdelijk apparaat.
Een extra Tuning-unit voor de zeer lange golven.
Principe van de antenne-aanpassing.
Met het schema in de hand is hier te zien waarmee de nummers overeen komen. Dat geldt ook voor alle volgende foto's
De achterkant met een reeks dikke weerstanden om het vermogen in warmte om te zetten.
Hier het zelfde, maar vanuit een andere hoek. De grote rechthoekige dozen zijn de trafo's van de modulator.
Ook aan de onderkant bevinden zich de aansluitingen voor voeding, microfoon en seinsleutel.
De TU-boxen
TU-3-boven, 400-800 kc
TU-3 onderkant
TU-4 ontbreekt in de reeks, waarom is mij niet bekend.
TU-5 boven, 1500-3000 kc.
TU-5 onderkant
TU-6 boven, 3000-4500 kc
TU-6 onderkant
TU-7 boven, 4500-6200 kc.
TU-7 onderkant
TU-8 boven, 6200-7700 kc.
TU-8 onderkant.
TU-9 boven, 7700-10000 kc
TU-9 onderkant
TU-10 boven, 10000-125000 kc.
TU-10 onderkant.
TU-22 bovenkant, zeer zeldzaam. 350-650 kc
TU-22 onderkant.
Nog zo'n zeldzame, TU-26, 200-500 kc.
TU-26 onderkant
De vier methoden om antennes te koppelen.
Dit circus was nodig om de het zend/ontvangrelais in te stellen. Een zeer nauwkeurig werkje. Het schoonhouden van de kontakten is volgens mij nog belangrijker.
En hier dan het schema van de complete zender.
Documentatie:
TM11-934 van de Dynamotor BD-77