Na de bouwdozen met halfgeleider-componenten kwamen er ook, voor de wat meer eisende mensen, bouwdozen met buizen op de markt.
De S-101 is zo'n voorbeeld van deze uitvoeringen. Dit is een zogenaamde rechtuit-ontvanger met één afstemkring en een teruggekoppelde roosterdetector met aan de ingang een niet afgestemde HF-versterker die tevens zorgt dat er geen straling in de antenne terecht komt wanneer de detector staat te oscilleren. Verder heeft zo'n versterkertrap het voordeel dat hij versterkt, maar ook dat de invloed van de antenne op de ingangskring bijna nihil is. Kortom, een prachtig ontvangertje om mee te beginnen. Maar ja, de afstemeenheid heeft ook gloeispanning nodig en natuurlijk anode-spanning. Daar heeft Philips ook aan gedacht en de benodigdheden hiervoor handig in een apart bouwdoosje gestopt. Je kon natuurlijk ook een grammofoonversterker gebruiken om alle spanningen te gebruiken, maar dan was je al wel heel geavanceerd bezig. Dus voor de volgende verjaardag of sinterklaas een S-201 besteld, de voeding met een klein versterkertje. Deze set wordt in een volgend hoofdstuk behandeld.
De afstemeenheid. Er wordt gebruik gemaakt van standaard chassis. De bovenplaat heeft een gatenpatroon dat voor elke ontvanger-bouwdoos gelijk is. De voor- en achterkanten zagen we ook al bij de Junior-serie.
Vooraanzicht van de ontvanger. De linker knop regelt de mate van terugkoppeling en de rechter knop is verbonden met een mica-afstemcondensator van 500 pF om de gewenste zender te kunnen afstemmen. De ronde bus voor de radiobuis is de afstemspoel, een PP11 die wel een beetje te vergelijken is met de befaamde 402-spoel van Amroh. Vreemd is wel dat er geen enkele Philips aanduiding of type op de spoel staat, het is net of ze zich daar voor schaamden, terwijl het best wel een goede spoel was. Achter staat de radiobuis, een ECH81 die normaal als mengbuis voor supers wordt gebruikt maar in dit geval doet het triode-deel dienst als detector en het heptode-gedeelte als HF-versterker. Het is mogelijk met een hoogohmige hoofdtelefoon het toestel te beluisteren, maar een versterker er achter biedt toch wat meer luxe.
Op deze foto is de mica-afstem-C goed te herkennen. Een zelfde soort werd ook in de Pupil-ontvanger van Maxwell gebruikt.
De achterkant met het zelfde, universele gaten patroon als de voorkant. De entree aan de linker kant is voor de antenne-aansluiting en de aarde. Het witte kabeltje wat uit het rechter gat steekt kan worden aangesloten op een versterker-ingang.
Rechts de potmeter van de terugkoppeling en een paar draadjes voor de spanningsvoorziening, 6,3 Volt voor de gloeidraad en ca. 200 Volt voor de anode-spanning.
De onderkant met de beroemde mostertkleurige condensatoren (goede kwaliteit) en de standaard Philips weerstanden en kleinere condensatoren.
De potentiometer en de afstemcondensator.
Boven aanzicht van de eenheid met het gatenpatroon voor ontvanger-eenheden.
Dan enige schema's en andere nuttige bouwaanwijzingen:
Het schema van de S-101
Zo ziet een montagehandleiding er uit. Overigens ontbreekt bij mijn exemplaar de indicatie-plaat.
De uitbreiding naar een tweekrings-constructie. Hierbij komt de mica-afstem-condensator te vervallen en wordt een tweevoudige afstemcondensator van het type 5127A toegepast. Ook dient er een tweede PP-11 spoel te worden monteerd. Deze uitbreiding komt de gevoeligheid en selectiviteit zeer ten goede.
De bovenstaande tekening laat een versterkertrapje zien met een EF80 om het uitgangssignaal met een langere kabel aan een versterker te verbinden. Het is een kathodevolger die met een vrij lage impedantie aan de uitgangskabel verbonden is en zodoende minder last heeft van het oppikken van storingen via die kabel.
Handig is dan wel een eigen voeding voor de afstemeenheid en Philips heeft daar natuurlijk ook in voorzien, de S 20 V.
Je kunt ook meerdere setjes mechanisch aan elkaar koppelen, maar dat wordt besproken in het hoofdstuk van de voeding/versterker S-201.
De bouwbeschrijving van de S-101 in pdf.